De beroepsschool
Overgenomen uit Staf Vivijs, Brede Dunc :
Breendonk had ook eenmaal een zeer bloeiende beroepsschool. Hierover schreef J.V. een verhelderende bijdrage in de brochure «De Breendonkse Meisjesschool: een jeugdige honderdjarige». Wij nemen ze graag integraal over:
“Sinds enkele jaren heeft zich in de schoot van de vierde graad een beroepsschool ontwikkeld voor jonge meisjes van 12 tot 17 jaar. Ontstaan uit de behoefte van de tijd, deze meisjes toe te laten zich een zelfstandige weg door het leven te banen, beantwoordt ze tevens aan de rechtmatige wens van vele ouders hun kinderen zo lang mogelijk in de eigen gemeente te houden, zonder daardoor ook maar in de minste mate hun toekomst te schaden.
Het specifieke beroep voor de meeste vrouwen is en blijft het bestuur van een eigen huishouden. Hoe de ekonomie zich ook moge ontwikkelen, welke vlucht de vooruitgang en de welstand ook moge nemen, de vrouw zal steeds de spil blijven, waarrond in grote mate het geluk of de ondergang van haar gezin draait. Om deze opgave op bevredigende wijze te vervullen, moeten er heel wat dingen worden aangeleerd.
Vooreerst is er de materiële zijde van het gezinsgeluk: was en strijk, onderhoud van huis en huisraad, kook en naad, kinderverzorging en nog zoveel meer. Op het ogenblik dat onze meisjes al deze kunsten nodig hebben, wordt hen dikwijls niet meer de kans geboden deze voldoende aan te leren. Welnu, onze Beroepsschool beschikt over gespecialiseerd personeel, dat zich hiervoor inzet. Vanaf de leeftijd van 12 jaar worden de leerlingen handig gemaakt in het verwerven van veel vaardigheden. Het zijn geen «kijklessen», waarin onze meisjes «zien» werken. Van bij de aanvang leert men hen reeds zelfstandig handelen, natuurlijk na volledige uitleg. Het is dan ook geen zeldzaamheid, dat onze veertienjarigen thuis reeds meerdere bewijzen van hun kookkunst leverden en bv. een lekkere cake aandurven. Ook aan de naad wordt speciale zorg besteed, beginnend met eenvoudige modellen, gaan ze stilaan naar verfijnde uitvoeringen. Ook dit werk gebeurt zo zelfstandig, dat meerdere veertienjarigen thuis op hun eentje nog een extra-bloesje maken. Wanneer hier steeds éénzelfde leeftijd wordt aangehaald, moet hieruit niet worden afgeleid, dat hiermede reeds alles is bereikt. Wij durven integendeel beweren dat zij die de beroepsschool tot het einde hebben gevolgd in staat zijn een lekker familiefeestje klaar te maken met heel wat verfijnde gerechten en dat het hen mogelijk is hun eigen kleren en die van hun familieleden te maken. Bezitten deze meisjes in hun handen niet een onvervreemdbare schat?
Doch, de mens leeft niet enkel van brood. Ook hart, geest en gemoed, evenals het zieleleven van onze meisjes moeten worden gevormd. Hieraan wordt de grootst mogelijke zorg besteed. Naast een degelijke godsdienstige vorming, leren ze van een boek genieten, muziek beluisteren, een kind verzorgen, kortom, het werkelijke leven aandurven en hun eigen persoonlijkheid ontplooien op de weg die voor hen openligt.
Voor een groot gedeelte van onze leerlingen omvat onze Beroepsschool ook nog de opleiding tot bediende. Er worden zeer gewaardeerde lessen gegeven in steno- en dactylografie, zowel in de Franse als in de Nederlandse taal. Deze studie wordt zelfs tijdens de vakantie niet stopgezet, ten einde de verworven vingervaardigheid niet te verliezen. Daarenboven worden er nog speciale lessen in tweede taal gegeven, evenals een kursus van hulpboekhoudster, zodat onze gediplomeerden in heel wat takken van het bureelleven kunnen worden tewerkgesteld. En, wanneer ze na het behalen van hun diploma proeven hebben af te leggen tot het verkrijgen van een plaats, komen onze zestienjarigen dikwijls ver vooraan, zelfs tegenover hen die een paar jaar langer studeerden. Het kost hen dan ook niet veel moeite een plaats te bekomen en sommige werkgevers geven steeds de voorkeur aan één van onze afgestudeerden, juist omwille van hun vaardigheid in de Franse stenografie, die in het omliggende niet altijd meer wordt aangeleerd.”
Ga verder.
Breendonk had ook eenmaal een zeer bloeiende beroepsschool. Hierover schreef J.V. een verhelderende bijdrage in de brochure «De Breendonkse Meisjesschool: een jeugdige honderdjarige». Wij nemen ze graag integraal over:
“Sinds enkele jaren heeft zich in de schoot van de vierde graad een beroepsschool ontwikkeld voor jonge meisjes van 12 tot 17 jaar. Ontstaan uit de behoefte van de tijd, deze meisjes toe te laten zich een zelfstandige weg door het leven te banen, beantwoordt ze tevens aan de rechtmatige wens van vele ouders hun kinderen zo lang mogelijk in de eigen gemeente te houden, zonder daardoor ook maar in de minste mate hun toekomst te schaden.
Het specifieke beroep voor de meeste vrouwen is en blijft het bestuur van een eigen huishouden. Hoe de ekonomie zich ook moge ontwikkelen, welke vlucht de vooruitgang en de welstand ook moge nemen, de vrouw zal steeds de spil blijven, waarrond in grote mate het geluk of de ondergang van haar gezin draait. Om deze opgave op bevredigende wijze te vervullen, moeten er heel wat dingen worden aangeleerd.
Vooreerst is er de materiële zijde van het gezinsgeluk: was en strijk, onderhoud van huis en huisraad, kook en naad, kinderverzorging en nog zoveel meer. Op het ogenblik dat onze meisjes al deze kunsten nodig hebben, wordt hen dikwijls niet meer de kans geboden deze voldoende aan te leren. Welnu, onze Beroepsschool beschikt over gespecialiseerd personeel, dat zich hiervoor inzet. Vanaf de leeftijd van 12 jaar worden de leerlingen handig gemaakt in het verwerven van veel vaardigheden. Het zijn geen «kijklessen», waarin onze meisjes «zien» werken. Van bij de aanvang leert men hen reeds zelfstandig handelen, natuurlijk na volledige uitleg. Het is dan ook geen zeldzaamheid, dat onze veertienjarigen thuis reeds meerdere bewijzen van hun kookkunst leverden en bv. een lekkere cake aandurven. Ook aan de naad wordt speciale zorg besteed, beginnend met eenvoudige modellen, gaan ze stilaan naar verfijnde uitvoeringen. Ook dit werk gebeurt zo zelfstandig, dat meerdere veertienjarigen thuis op hun eentje nog een extra-bloesje maken. Wanneer hier steeds éénzelfde leeftijd wordt aangehaald, moet hieruit niet worden afgeleid, dat hiermede reeds alles is bereikt. Wij durven integendeel beweren dat zij die de beroepsschool tot het einde hebben gevolgd in staat zijn een lekker familiefeestje klaar te maken met heel wat verfijnde gerechten en dat het hen mogelijk is hun eigen kleren en die van hun familieleden te maken. Bezitten deze meisjes in hun handen niet een onvervreemdbare schat?
Doch, de mens leeft niet enkel van brood. Ook hart, geest en gemoed, evenals het zieleleven van onze meisjes moeten worden gevormd. Hieraan wordt de grootst mogelijke zorg besteed. Naast een degelijke godsdienstige vorming, leren ze van een boek genieten, muziek beluisteren, een kind verzorgen, kortom, het werkelijke leven aandurven en hun eigen persoonlijkheid ontplooien op de weg die voor hen openligt.
Voor een groot gedeelte van onze leerlingen omvat onze Beroepsschool ook nog de opleiding tot bediende. Er worden zeer gewaardeerde lessen gegeven in steno- en dactylografie, zowel in de Franse als in de Nederlandse taal. Deze studie wordt zelfs tijdens de vakantie niet stopgezet, ten einde de verworven vingervaardigheid niet te verliezen. Daarenboven worden er nog speciale lessen in tweede taal gegeven, evenals een kursus van hulpboekhoudster, zodat onze gediplomeerden in heel wat takken van het bureelleven kunnen worden tewerkgesteld. En, wanneer ze na het behalen van hun diploma proeven hebben af te leggen tot het verkrijgen van een plaats, komen onze zestienjarigen dikwijls ver vooraan, zelfs tegenover hen die een paar jaar langer studeerden. Het kost hen dan ook niet veel moeite een plaats te bekomen en sommige werkgevers geven steeds de voorkeur aan één van onze afgestudeerden, juist omwille van hun vaardigheid in de Franse stenografie, die in het omliggende niet altijd meer wordt aangeleerd.”
Ga verder.